… dat meertaligheid heel wat voordelen heeft?
Door twee talen aan te leren en te gebruiken worden mijn hersenen uitgedaagd. Ze krijgen zelfs een andere structuur. Zo leer ik beter problemen oplossen en ben ik zelfs wat beter in wiskunde. Ik kan beter onthouden, want ik train mijn hersenen veel regelmatiger door woordjes én gebaren te onthouden.
Als dove baby word ik het gewoon om te wisselen tussen systemen: gebaren, spreken, auditief of visueel luisteren, schrijven. Dit is een belangrijke vaardigheid. Ze helpt me ook om me in het algemeen beter te focussen. Doordat ik in verschillende talen nuances leer leggen en moet nadenken over welk woord of gebaar het beste past voor wat ik wil zeggen, word ik beter in het snel beslissingen nemen in moeilijke situaties. Ik kan mijn omgeving beter observeren. Ik herken makkelijker wat belangrijk is en wat bijzaak is en welke informatie misleidend is. Ook mijn eigen moedertaal gaat erop vooruit. Door de grammatica van een andere taal te leren, leer ik mijn eigen taal correcter toe te passen. Ik leer ook efficiënter te communiceren.
Al deze voordelen gelden voor het opgroeien in verschillende talen, dus ook in een gebarentaal en een gesproken taal, of in verschillende gebarentalen en gesproken talen. Als ik nieuwe dingen leer, bouw ik verder op wat ik al wist of al heb meegemaakt, of dat dit nu in de Vlaamse Gebarentaal was of in het Nederlands. Deze basis helpt me dus ook om later beter te leren lezen en schrijven.
Er moet wel rekening gehouden worden met een paar dingen. Ik zal meer tijd en energie nodig hebben om twee talen onder de knie te krijgen, dus mogelijk komen mijn eerste gebaartjes of woordjes later. Ik moet in beide talen een evenwichtig, goed en gevarieerd aanbod krijgen, zodat ik beide talen voldoende en juist kan oefenen. Een dove gebarentalige babysitter of een kinderopvang waar mijn kinderverzorgster kan gebaren, kunnen dit evenwicht helpen bereiken.